FotoVerder rijdt hij nog prima.
We zijn nu ruim een maand in Iran en helemaal wennen doet het niet: de Iraanse rijstijl. De hoffelijkheid, beleefdheid en gastvrijheid die Iraniërs hebben in het persoonlijk contact, leggen ze helemaal af zodra ze in een auto stappen. Een dokter Jekyll and mister Hyde effect. Het komt erop neer dat Iraniërs altijd zo snel mogelijk en zo ver mogelijk naar voren willen. Achteruitkijkspiegels zijn een overbodig aanhangsel aan de auto, er wordt geen gebruik van gemaakt en de rem wordt alleen in uiterste nood gebruikt.
Wat ons nog het meest verbaasd (en soms beangstigd) is de manier waarop met voetgangers wordt omgegaan. Dit ondanks dat in de Iraanse wet is geregeld dat een Iraanse automobilist die een voetganger aanrijdt per definitie schuldig is aan het ongeval. Als voetganger ben je je leven niet zeker. Er wordt nooit gestopt om voetgangers te laten oversteken, in plaats daarvan wordt goed gekeken of het gaatje rechts of het gaatje links van de voetganger het grootst is, zodat ze op de millimeter nauwkeurig nog net langs je heen kunnen scheren. Afslaand autoverkeer kijkt niet of er een voetganger rechtdoor loopt. De voetganger heeft maar te stoppen. Dat is misschien ook de reden dat er zoveel mensen in een auto zitten: we weten nu dat in een Peugeot 206 met gemak 7 tot 8 mensen passen: een chauffeur, twee man op de bijrijdersstoel en 4 tot 5 man op de achterbank. Dat is heel handig, want op het moment dat je een plekje met schaduw ziet, kan je meteen vol op de rem trappen en gaan picknicken met elkaar. Dat is het moment dat wij de Iraniër weer herkennen en de Iraniër ons ook weer herkend: al zwaaiend en roepend nodigen zij ons uit om mee te komen picknicken.

Foto
Onder aangestaard door mysterieuze ogen.
 
FotoSpeciale kloppers voor mannen ( lang en smal) en voor vrouwen ( rond en dik).




















Facebook is in Iran verboden. De afgelopen week was er sprake van een tijdelijke openstelling van Facebook en Twitter, maar dat bleek een technische storing te zijn..........
Ondanks dit verbod heeft Judith (Gerard 'doet' niet aan FB) niet eerder op reis zo vaak de vraag gekregen "Are you on FB?". Het is één van de vele tegenstrijdigheden die we in Iran tegenkomen: Facebook is verboden, maar iedereen gebruikt het. Eenzelfde tegenstrijdigheid geldt voor satelliet tv: het is officieel verboden, maar iedereen heeft een schotel.

Iraanse tieners kunnen dus - net als hun leeftijdsgenoten in het Westen - elke dag naar videoclips op MTV kijken en vrienden volgen via FB. Toch denken wij dat de puberteit van Iraanse tieners er op een aantal punten totaal anders uitziet. Neem nou flirten. Er zijn hier geen kroegen, terrassen of bars. Een feestje wordt thuis gegeven, maar onder toeziend oog van de familie. Ongestoord flirten met het andere geslacht is er dus niet bij. Buitenshuis zijn er ook weinig mogelijkheden. In de stadsbus zitten mannen en vrouwen gescheiden van elkaar. In de metro of trein hebben vrouwen de mogelijkheid om in de 'women only' coupé te zitten. Het park biedt wellicht de beste optie om het andere geslacht te bewonderen, maar  op gepaste afstand. Dus hoe kom je met elkaar in contact?

We spraken laatst twee Iraanse pubers en zij vertelden dat Facebook dé plek is om naar elkaar te loeren, te flirten en te chatten. Ook vertelden zij dat het normaal is om op één dag wel honderd keer gepord te worden..! Judith houdt haar hart vast.





 
FotoDe Alamut rots
Marco Polo schreef in zijn reisverslag over  'de oude man op de berg'. Een oude man zou zijn volgelingen drogeren met hash en ze dan in een paradijselijke tuin met mooie vrouwen en prachtige planten en bloemen laten ontwaken. Als de volgelingen terug naar dit paradijs wilden, moesten ze de oude man gehoorzamen.


Dit is maar één van de vele legenden over de Assasijnen. De Assassijnen waren rond 1100 een islamitische sekte, die enkele kastelen in Noord-Iran in hun bezit hadden. Om hun macht te consolideren, vermoordden ze hoge politieke en militaire tegenstanders (al dan niet na eerst een waarschuwing in de vorm van een dolk op het nachtkussen te leggen). Het Engelse woord voor moordenaars, assasins, is van de naam van deze sekte afgeleid.
Hun belangrijkste kasteel was het Alamut kasteel, hoog boven op een alleenstaande rots en alleen te bereiken via een labyrinth van smalle bergpassen.
Ook hier doet een legende de ronde: op het moment dat het kasteel belegerd werd door de mongolen, gooide de geestelijk leider zijn zakdoek vanaf het kasteel naar beneden. Twee volgelingen doken blindelings de afgrond in om de zakdoek nog te pakken te krijgen. Toen de belegeraars dat zagen, begrepen ze dat de loyaliteit van de volgelingen dusdanig was dat ze de belegering afbraken. Door list en bedrog hebben de mongolen het kasteel uiteindelijk weten te veroveren en te vernietigen. De laatste geestelijk leider was hiervan zo ontdaan dat hij seniel zou zijn geworden en een obsessie voor kamelen ontwikkelde. Vandaag de dag is er van het kasteel zelf niet veel meer over, maar de weg er naar toe, de rots zelf en de vele legendes en sterke verhalen hebben er voor gezorgd dat een tripje naar 'de oude man op de berg' nog steeds tot onze verbeelding sprak en wij met veel plezier in een klein bergdorpje hebben overnacht.

Foto
Judith op de uitkijk
 
FotoEten van de grond.
De Iraanse gastvrijheid gaat ver. Iraniërs zijn dol op (buitenlandse) gasten en verwennen ze graag. Zo is Gerard gratis geknipt en geschoren en zijn we verschillende keren bij mensen thuis uitgenodigd om mee te eten. Hiervoor komt de gehele familie opdraven. En dat kan in aantal nog behoorlijk oplopen: opa, oma, eigen kinderen, broers, zussen, zwagers, schoonzussen, kleinkinderen, ooms, tantes, neven en nichten: iedereen eet mee. De 'eettafel' wordt gedekt door een tafellaken op het Perzisch tapijt te leggen en daarop al het eten uit te stallen. Alle aanwezigen schuiven aan bij dit tafellaken.


Voor ons vergt dat af en toe nog wel een behoorlijke inspanning. Na een dag fietsen zijn je spieren vermoeid en stram. Om dan gedurende het eten in kleermakerszit te zitten, levert ons de nodige kramp, knakkende knieën en/of slapende onderbenen op, terwijl opa van 71 jaar tegenover je nergens last van lijkt te hebben. De eerste keer dachten we dat het kwam doordat het een extreem sportieve familie was, met de eerste Iraniër die de Mount Everest heeft beklommen en de Aziatisch kampioene speedclimbing ( in 9 seconden een moeilijke klimwand van 15 meter bedwingen) in haar gelederen, maar ook de volgende families zaten liever op de grond dan op een stoel. Zo kan het dus gebeuren dat voor ons de belangrijkste vraag is: 'waar kan ik mijn benen laten', terwijl schoonvader je juist vraagt: 'wat is voor jou de zin van het leven?' Het levert interessante discussies op, maar het voornemen om in Nederland meer aan yoga te gaan doen, is gemaakt.

Foto
Gratis geknipt en geschoren.
 
Fotota'arof, vers fruit plukken, okee
“Sorry, dat ik met m’n rug naar je toe zit”, zei de Iraniër toen hij voorin de taxi plaatsnam. We hadden hem zojuist in het park ontmoet, waar hij zich als een ware spraakwaterval over ons uitgestort had. Na de standaardvragen “Where are you from?” en “What do you think of Iran?” praatte hij door over de Iraanse maatschappij, zijn liefde voor muziek, favoriete restaurants, etc. etc. Toen hij een taxi voor ons regelde naar de bazaar, besloot hij nog een stukje mee te rijden. Hier kwam het gesprek op ta’arof oftewel de Iraanse hoffelijkheid. In de afgelopen dagen zijn we hier al meerdere malen mee in aanraking gekomen. Het komt er op neer dat je beleefdheden uitwisselt. Als buitenlandse gasten  betekent dit vaak dat wij geschenken aangeboden krijgen: gratis thee,  gratis lunch, gratis ijs, gratis fruit, etc. Een gastvrijheid die soms geen grenzen lijkt te kennen, maar die zijn er wel degelijk en dat is de kunst van ta’arof.

Als nieuwkomers in de Iraanse maatschappij is het niet makkelijk om dit altijd goed in te schatten. Zo zijn wij al op een Iraanse bruiloft beland, waar Judith door de bruidegom aangeboden kreeg om met het bruidspaar in de bruidsauto mee te rijden en bij hun thuis door te feesten... Dat leek ons wat te ver te gaan en hebben we beleefd geweigerd, waarna de bruidegom (waarschijnlijk opgelucht) ophield met het aanbieden hiervan. Je moet dus goed inschatten wat je wel en wat je niet accepteert. De regel is om minstens drie keer te weigeren. Als men dan nog steeds blijft aandringen, dan kan je het accepteren.

Maar dat is ta’arof voor beginners. Gevorderden weten niet alleen juist in te schatten wat je wel of niet kan accepteren, maar doen dit ook in de juiste bewoordingen. Terug naar de taxi. Onze nieuwe vriend ging voorin zitten en verontschuldigde zich hiervoor. Het is immers niet beleefd om met je rug naar iemand toe te zitten. In plaats van zijn excuses simpel weg te wuiven, leert hij ons dat het een Iraniër niet zou misstaan om te zeggen, “Het geeft niet, de zon heeft immers ook geen voor- of achterkant”. We hebben nog heel wat te leren…  


Foto
ta'arof, met de bruid mee naar huis, niet okee
 
FotoCoca Cola Company is echt overal
Een tipje van de sluier… De naam van ons blog is in Iran wel zeer toepasselijk. We zijn nu drie volle dagen in Iran. Bij de grens werden we door de dienstdoende soldaat met een welgemeend en vrolijk: ‘Welcome to Iran, welcome to my country’ ontvangen en ook de rest van de formaliteiten gingen vrij soepel en heel beleefd. Binnen een kwartier waren we in Iran. Voor ons is het nog wel even wennen. Alle opschriften op (uithang)borden zijn in het Arabisch schrift. Gerard kan het wel lezen, maar dan weet je nog niet wat het betekent. Farsi is een heel andere taal dan Arabisch. Zo hebben we tot nu toe nog geen restaurant kunnen lokaliseren en zijn we niet verder dan de pizzatent en een huwelijksdiner gekomen. 

Judith moet zodra we de hotelkamer verlaten een hoofddoek op (dus ook als je even van het gedeelde toilet gebruik wil maken). De Iraanse vrouwen lijken er minder last van te hebben. Zij dragen hun hoofddoek als een accessoire en zien er zeer modieus en zelfbewust uit.  Judith trekt door haar lengte en buitenlandse uiterlijk wel de nodige aandacht, maar heeft daar geen last van. Als er namelijk iemand wordt aangesproken dan is dat Gerard. Het is uit beleefdheid niet gepast dat een man een vreemde vrouw aanspreekt. Een ander opvallend verschil is dat de moskeeën minder zichtbaar (en hoorbaar) aanwezig lijken te zijn in het straatbeeld dan in Turkije het geval was, terwijl je dat eerder andersom zou verwachten. 

Aan de andere kant is er ook veel hetzelfde: ook hier werkt men gewoon op het land, rijdt men auto, doet men boodschappen en speelt met de eigen kinderen. En er is dus ook internet (ware het niet dat onze host weebly zelf Iran blokkeert)! Bovendien is in dit gedeelte van Iran de meerderheid van de bevolking Azeri, die een soort Turks spreken, zodat we tot nu toe een ‘zachte landing’ hebben gehad in Iran. We zullen zien wat de komende weken ons gaan brengen. Voor 25 euro heb je één miljoen rial op zak, dus we kunnen hier de komende weken in ieder geval het leven van een miljonair gaan leiden. 

*We kunnen zelf geen blog vanuit Iran uploaden. Deze is door Els geplaatst, waarvoor dank!

Foto
Ons eerste Iraanse geschenk: een zonnebloem